TERUG NAAR DE EENVOUD Interview
met Dick Bruna
Zouden er nog mensen in Nederland zijn die nog nooit
hebben gehoord van ‘Nijntje’? Ik
betwijfel het; dit konijntje is zelfs internationaal cultuurgoed geworden. Al
vele jaren lees ik mijn dochters voor uit de vierkante ‘Nijntje’ boekjes en we
zijn zelfs naar de expositie ‘Nijntje’50 jaar” in Madurodam geweest. Toen ik
mijn dochters vertelde dat ik bij Dick Bruna op bezoek zou gaan zei mijn
oudste: “cool” en de jongste stelde daarop de retorische vraag: “Bestaat die
echt dan?” Op een sombere dag in de kerstvakantie ontving Dick Bruna mij in
zijn atelier in Utrecht en deze tekenaar en schrijver die de kunst van het
weglaten perfect beheerst, heeft een onvergetelijke indruk op mij
achtergelaten. Wat kun je op 78-jarige leeftijd nog vitaal zijn en een jeugdige
fonkeling in je ogen hebben.
Houdt u van interviews? Ik doe het nog al eens.
Vooral afgelopen jaar, toen ‘Nijntje’ 50
werd. Ik vind het wel leuk altijd. Het is altijd weer anders. Het hangt
erg van de interviewer af wat voor soort gesprek je krijgt.
Heeft u nog herinneringen
aan uw schooltijd zoals bijvoorbeeld een inspirerende tekenleraar? Dat heb ik wel, maar dat
was wel op de middelbare school. Aan mevrouw Osinga, die tekende erg goed en
daar ben ik wel vaak thuis geweest, gewoon om daar over te praten. Zij had wel
belangstelling voor hoe ik bezig was. Tekenen is altijd wel mijn leukste vak
geweest.
Wat heeft uw naam te maken
met de boekwinkelketen Bruna? Van oorsprong is het gewoon een familienaam. Mijn
vader en grootvader waren beiden uitgevers en die waren ook betrokken bij de
Brunawinkelketen, die is voortgekomen uit de kiosken op de stations. Al heel
lang zit er geen enkele Bruna meer in. Ik ben dus wel zoon van de uitgever A.B.
Bruna.
Ik las dat u in
Parijs een jaar gewoond heeft. Hoe denkt u daar aan terug? Ik zal een
beetje het verhaal vertellen. Dat tekenen is altijd al mijn hobby geweest. Dat
heb ik gehoord van mijn moeder, die
vertelde dat ik als heel klein jochie al vreselijk vaak aan het tekenen was en
dat ik in plaats van voetballen op straat altijd al aan het tekenen was terwijl
ik tegelijkertijd ook veel vriendjes had. Dan tekende ik boerderijen en alles
wat je zo kunt tekenen. Ik ben wel altijd doorgegaan met dat tekenen. Toen ben
ik naar de middelbare school het “Christelijk Lyceum” in Zeist geweest. Mijn
vader zat op een leeftijd dat hij op een gegeven moment opgepakt kon worden.
Toen ik in de derde klas zat zijn we ondergedoken aan de Loosdrechtse plassen.
Voor mij is dat ook wel een leuke tijd geweest. Je ziet als kind iets minder al
die vreselijke dingen die om je heen gebeuren. In die periode heb ik erg veel
getekend. Ik kon natuurlijk de hele tijd
tekenen. In die periode heb ik een boek geschreven voor volwassenen, dat
eigenlijk voor mijn moeder bedoeld was. Ik vond dat hoe ellendig het ook was,
mijn moeder altijd zorgde voor dat het gezellig was. Hoe ze het deed weet ik
niet maar soms wist ze zelfs iets lekkers te geven. Als kind zie je iets minder
de ellende die de oorlog met zich mee brengt.
Toen
die oorlog afliep moest ik weer terug naar school en toen heb ik voor Gymnasium
bèta gekozen. Dat heb ik gedaan tot het laatste jaar. Drie maanden voor mijn
eindexamen ben ik van school, gegaan. Ik had er geen zin meer in. Ik wou gewoon
verder met mijn tekenen. Dat is wel erg dom achteraf. Mijn vader had het toen
erg graag gewild dat ik hem op zou volgen in die uitgeverij.
Had u daar ook ruzies over
met hem?
Nee, absoluut niet. Wel gesprekken daarover. Ik wist dat hij dat ontzettend
graag zou willen, dat ik hem op zou volgen in die uitgeverij. Ik heb later nog wel mijn uitgeversdiploma
gehaald. Toen bleek ook al dat het financieel gebied helemaal niks voor mij
was. En ook die organisatie was helemaal
niks voor mij. Het lezen vond ik leuk Door mijn vader ben ik toen een jaar in
Londen en Parijs gaan werken, voor die opleiding tot uitgever. Echt om dat vak
ook te leren. Eerst heb ik in Londen gewoond. Toen bleek steeds meer dat het
erg onverstandig was geweest om mij als opvolger aan te stellen. Dat was het
eind geweest voor zijn uitgeverij. (uitbundig lachend).
Welke musea bezocht u daar? Meestal musea met moderne
kunst, zoals de ''Tate Gallery'' en de ''Royal Albert museum'' in Londen. Toen
ben ik naar Parijs gegaan. Dat vond ik het einde. Het ''Art Moderne'' (Centre
Pompidou bestond toen nog niet) en Musée d’ Orsay, maar ik ging ook naar
allerlei galeries toe van allerlei moderne mensen. En toen zag ik voor het eerst werk van
moderne kunstenaars, zoals Picasso en Matisse. Die Franse schilders daar heb ik
mijn hart aan verpand. Als je op zo’n manier dat doet dat moet geweldig zijn.
Uw eerste boek heeft u
gebruik gemaakt van het knippen, zoals Henri Matisse.
In de laatste fase van zijn leven is Matisse gaan knippen en plakken. Toen
ik die knipsels zag op een witte ondergrond van hem zag, dacht ik als je daar
wat mee zou kunnen dan maak je iets waar je mensen mee aan het denken en meer
aan het fantaseren zet. Als je op die manier iets zou doen. Dat zou fantastisch
zijn.
‘Eenvoud is het kenmerk van het ware’ wordt in het Engels vertaald met
‘Truth needs no colours.’ Heeft u ooit overwogen om zelfs kleuren weg te laten?
Ik
heb me helemaal beperkt tot 1 rood 1 geel
1 groen en 1 blauw. Maar wel kleuren die met elkaar een hele mooi
combinatie geven. Die primaire kleuren ben ik altijd blijven gebruiken Ik heb
alleen maar het verlangen gehad om het werk te vereenvoudigen.
Ik
heb heel lang gemengd voordat ik het goede groen en het goede blauw had.
Dilemma’s:
Vincent van Gogh of Edward Hopper
Kerstmis of Pasen
Dorp of stad
Ik hoor het mezelf zeggen daarnet. Ik zou toch voor een
dorp kiezen door de maat ook. Ik vind
het heerlijk om een dagje met mijn vrouw naar Amsterdam te gaan. Daarna vind ik
het heerlijk om ’s avonds weer terug te keren naar Utrecht. Het is wat kleiner.
Het is meer mijn maat. Utrecht zie ik
eigenlijk nog een beetje als een groot dorp.
Die Kunstacademie heeft u
niet afgemaakt?
Ik
heb eigenlijk geen opleiding op tekengebied gehad. Een jaar lang heb ik les van
een leraar aan de Rijksacademie in Amsterdam in het modeltekenen en zo gehad. Dat vond ik
stierlijk vervelend. Dat natekenen sprak mij niet aan. Ik wilde mijn eigen
vormen maken Ik wilde graag tot grote
eenvoud komen. Ik moet ook eerlijk toegeven: ik ben er vaker niet geweest dan
wel.
Toen
heb ik wel door mijn vader de bof gehad dat ik eens een omslag kon maken voor
een boek. Die eerste omslag zie ik nog steeds voor me. Ik weet nog wel dat de
schrijver van dat boek daar blij mee was. Dat was een enorme opsteker voor mij.
Straks kan ik je nog wel even dat eerste boek even laten zien. Ik moet ervoor
zorgen dat de schrijver er gelukkig mee is, wat de uitgever ervan vindt komt op
de tweede plaats. Daardoor heb ik altijd veel contact gehad met de schrijvers.
Dat vond ik altijd erg plezierig. Ze begonnen in die periode bij Bruna net met
die pockets “de zwarte beertjes”. Ik moest eerst alles lezen, voordat ik er
iets van kon maken. In het begin waren dat vooral detectives. Ik laat je zo wel
wat zien.
Hoe kan het dat ‘Nijntje’ in
Japan zo aanslaat?
Het
ging niet onmiddellijk. ‘Nijntje’ is vijftig jaar oud. Het heeft een tijd
geduurd. Mijn eerste boekje was “de Appel”. Ik had toen de bof dat die eerste
boekjes door mijn vader uitgegeven werden. Ik zie nog wel eens een afrekening
uit die tijd waarop stond dat er 40 boekjes in 1 jaar waren verkocht van dat
eerste boekje. Dat begon dus erg langzaam. Het is wel een feit dat toen ik
met ‘Nijntje’ begon te tekenen het
succes kwam. Via de Frankfurter Buchmesse waar allerlei internationale uitgevers
bijeen kwamen werd mijn werk op een gegeven moment ook buiten Nederland
uitgegeven. Het eerste contact was met Engeland. Dat was allemaal erg spannend.
Met mijn vertaalster heb ik toen, aangezien ‘Nijntje’ moeilijk in het Engels
uitgesproken kan worden, besloten om daar ‘Nijntje’ in ‘Miffy’ te veranderen.
Het
meest succesvol is ‘Nijntje’ door de jaren heen in Japan geweest. Ik ben
verschillende keren in Japan geweest. Ik heb daar wat mee. Waar ik in hoofdzaak
naar kijk is naar dingen die met mijn vak te maken hebben. Ik heb veel van
affiches die in Japan worden gemaakt geleerd. Ik ben gevoelig voor hoe ze
bijvoorbeeld in een cafetaria van wortel en peterselie een bloemetje in mijn
soep maken. Het ziet er allemaal heel mooi en verzorgd uit. Als je in een
Japans hotelletje slaapt laten ze water heel langzaam lopen waar je rustig van
wordt.
Als
je dat terugbrengt tot de manier waarop ik teken, dan zie je ook daarin het
verlangen naar eenvoud. Hoe minder ik op een pagina zet, des te meer ruimte
laat je aan de fantasie van de lezers.
Dilemma’s:
Realisme of expressionisme realisme met een opening om daarbij
te fantaseren.
TV-kijken of boeken lezen boeken lezen verdient wel de
voorkeur, maar heerlijk om wat leuks na een dag werken op TV te zien. Ik vind
het wel lekker als je afgedraaid bent iets op TV te zien.
Vakantie in ’t buitenland of
Buitenland: Frankrijk.
in
‘t binnenland
Vanwaar kiest u altijd voor
twaalf bladzijden?
Dat
is eigenlijk heel vreemd gekomen. Mijn allereerste boekje was geen vierkant boekje.
Ik
zoek alsmaar naar de eenvoud. Ik gebruik ook geen moeilijke woorden in de
tekst. Waarom zoek ik niet de eenvoudigste vorm: vierkant? Toen kwam ik
inderdaad toevallig op twaalf tekeningen. Daarop heb ik die eerste boekjes
gebaseerd. Ik ben bijna altijd aan het eind van het verhaal als ik de twaalfde
tekening heb afgerond. Het is zelfs zo, dat als ik nu meer dan 12 tekeningen
heb, dan haal ik er weer een paar uit, dus dan breng ik altijd dat aantal terug
naar 12 tekeningen. Ik kom er niet meer van af denk ik.
Hoe kiest u uw thema’s?
De
boeken gaan altijd over gewone dingen die kunnen overal gebeuren. Dingen die
kinderen doen. Ik heb altijd wel het gevoel dat ik heel Hollands ben. Ik denk
doordat je het zo eenvoudig mogelijk probeert te tekenen, zelfs kinderen in
Japan de tekeningen ook goed begrijpen.
Het rijmschema dat u
gebruikt is abcb ?
Ik
weet dat ik een heel eenvoudig schema heb. Later heb ik ook gemerkt dat veel
kinderen het een prettig ritme vinden. Dat hoor ik ook van ouders. Voor mij is
dat een deel van die eenvoud.
Welke betrokkenheid heeft u nog bij al die spelletjes, Cd-rom’s en
dergelijke zaken?
Daar
bemoei ik me nauwelijks meer mee. Ik houd het wel in de gaten. Ik let wel op
dat er geen vreselijke dingen gebeuren. Ik zit hier eigenlijk in mijn atelier mijn teken- en schrijfwerk te
doen. Mijn uitgeverij zorgt er dus voor dat er aan merchandising gedaan wordt.
Dat heb ik altijd zo’n vervelend woord gevonden. Dat vind ik nog. Uiteindelijk
zie ik nog wel alles voordat het de deur uitgaat. Dan zeg ik bijvoorbeeld dat
ze bij een bepaald plaatje groen i.p.v. rood moeten gebruiken.
Levert die merchandising meer op dan de boekjes?
Dat
zou ik niet weten. Daar weet ik helemaal niks van. Al die financiën daar ben ik
gelukkig van af. Dat regelt de uitgeverij
eigenlijk allemaal voor mij.
Er
is in het noorden van het land eens een jongen geweest die ‘Nijntje’
pornografisch heeft gebruikt. Daar ben ik ontzettend van geschrokken. Toen heb ik contact gezocht met die jongeman.
Toen heb ik hem gezegd: ”Je mag net zoveel porno maken als je wilt als je maar
niet mijn figuurtje gebruikt”
Hoe ziet uw leven er over
tien jaar uit?
Ik
ben niet zo jong meer. Ik denk dat ik gewoon doorga bij leven en welzijn Er
wordt mij wel eens gezegd: “ je hebt toch wel een leeftijd om ermee op te
houden.” Ik zou lekker achter de
geraniums kunnen gaan zitten. Daar moet ik niet aan denken. We zijn net 14
dagen op vakantie geweest. Ik kan het ook dan niet laten. Elke dag ben ik
creatief bezig. Ik kan het niet laten om weer een verhaaltje op te
schrijven. Ik zou er niet aan moeten
denken dat op te geven.
Heeft u ooit een periode gekend dat u moeilijk kon rondkomen?
Ik
heb altijd gezegd, dat ik zeker weet dat zelfs als 'Nijntje' geen succes
geworden was, dat ik wel doorgegaan zou zijn met ‘Nijntje’. Omdat ik het gewoon
niet laten kan. Ik heb altijd het gevoel gehad dat van wat ik maak moet 100 %
zijn van wat ik kan.
Bij
elk nieuw boek breekt het me eerst uit en dan word ik echt heel zenuwachtig.
Het ziet eruit alsof je nog nooit getekend hebt. Dan probeer ik het nog beter
te doen dan gisteren.
Hoe kwam u bij de accordeon
–het orgel der armen? Ik heb er altijd bij gezongen. Ik was toen al gek op Frankrijk en die
Franse chansons en dan zong ik heel graag die liedjes van die beroemde mensen
uit Frankrijk. Ik heb zelfs nog voor een moment gestaan in mijn leven dat ik
moest kiezen tussen de muziek en het tekenen. Ik ben doorgegaan met tekenen.
Dilemma’s:
Kat
hond
Londen NY Ik
vind dat heel moeilijk. Ik ben twee keer in NY geweest. Dat vond ik erg
indrukwekkend. ‘Nijntje’ is ambassadeur van het toerisme in NY. Het is een eer.
Ze is door de burgemeester van NY gekozen. Vooral om de kinderen te laten zien
dat na de 11-9 ramp, na al die narigheid, NY ook nog heel veel positiefs te bieden
heeft. Ik vond het wonderbaarlijk dat ze Miffy zelfs verkozen boven
bijvoorbeeld Popeye en tekeningen van Walt Disney.
Winnieh de Pooh Ot
& Sien De tekeningen van Shepard vind ik prachtig.
Daaropvolgend hebben we het kort over het boek de Tao van
Pooh geschreven door Benjamin 't Hoff, waarin op een eenvoudige wijze de
basisbegrippen van het taoïsme m.b.v. de verhalen uit Winnieh de Pooh worden
uitgelegd.
Onder het genot van
een tweede kopje koffie en een Utrechts koekje vervolgen we het vraaggesprek.
Heeft u ook een
computer?
Ik heb geen computer en geen fax. Ik heb me er eigenlijk
nooit in verdiept. Het zei en zegt mij allemaal niets.
U heeft een hekel aan presentaties
en lezingen?
Ik
kan geen verhaal vertellen. Ik zou geen les kunnen geven. Het is niet zo dat ik
een lezing over mijn werk zou kunnen houden. Ik ben wel eens voor een gesprek
op de Rietveld academie geweest, dat was erg gezellig overigens. Als ik een
lezing over mijn werk zou moeten houden dan ben ik zo uitgepraat. Laat mij maar
rustig hier zitten.
Wat is uw intrinsieke
motivatie?
Ik
vind eerlijkheid ontzettend belangrijk. Dat je dingen heel helder en eerlijk
probeert te schrijven. Kinderen nemen je boekjes mee naar bed, daar word ik
heel blij van.
Misschien
kun je je het boekje ‘Lieve oma Pluis’ herinneren? Dat was een boekje over het
sterven van Nijntje’s oma. Ik maak verhalen over hele gewone dingen. Toen dacht
ik: ''de dood'', dat iemand doodgaat komt ook overal voor. Dat gebeurt in elke
familie. Het heeft heel lang geduurd voordat dit boekje in Japan uitgebracht
werd.
In
dit boekje ziet ‘Nijntje’ voor het eerst dat opa huilt. Als al die tranen
voorbij zijn, gaat ‘Nijn’ paar dagen later met een kistje met plantjes naar het
graf, want oma was altijd gek op mooie plantjes. Eigenlijk maakt Nijn een
tuintje van het graf van oma. Het lijkt aan het eind alsof ‘Nijntje’ contact heeft met haar oma. Het
heeft dus eigenlijk een open eind. Nog nooit heb ik een boekje gemaakt waar ik
zo ontzettend veel aardige dingen over heb gehoord.
Heeft u ook een levensmotto?
Terug
naar de eenvoud. Het begin van alles. Doordat ik altijd geprobeerd heb te
vereenvoudigen. Niet alleen bij kinderboeken hoor. Ook bij affiches. Een
affiche moet bijvoorbeeld ook niet al te ingewikkeld zijn, om begrepen te worden.
Altijd moet het warm en vriendelijk zijn. Ik zou geen vreselijke dingen kunnen
tekenen.
Ik
zal het volgende nooit vergeten. Ooit heeft een man mij eens geschreven dat hij
het helemaal niet erg meer vond om de trein gemist te hebben, omdat hij zo had
genoten van affiche van mij.
Aan het eind word ik nog rondgeleid door het atelier
en daarna neem ik afscheid van deze
ontzettend sympathieke, warme en uiterst bescheiden kunstenaar.
Hans Heidanus
Twitteraccount:@hans78461890
Docent Engels, gitarist en pianist. Getrouwd met Corry, 2 dochters Anne-Meinke en Rosalinde. Interesse voor sport, psychologie en geluk.