dinsdag 13 november 2012

Interview met "Geluksprofessor" Ruut Veenhoven

 

 

 

 

 

Interview met Ruut Veenhoven  GELUK MOET JE DOEN


In de Erasmus Universiteit –met een schitterend  uitzicht over Rotterdam- heb ik een interview met de ‘geluksprofessor’. Ruut Veenhoven is socioloog en al meer dan dertig jaar bezig met wat ons gelukkig maakt. Hij is één van Nederlands meest geciteerde sociologen en is daar trots op. In zijn World Database of Happiness vergelijkt hij  geluk in landen. Eindelijk een wetenschapper die het positieve in plaats van het negatieve onderzoekt. Hij verbaast zich over de uitkomst van zijn onderzoek waarin wordt beschreven dat de verzorgingsstaat mensen niet systematisch gelukkiger maakt. Ook is gebleken dat welvaartstoename een hele dunne slagroom op de ‘gelukstaart’ is. Uit eerdere interviews blijkt dat hij met heldere taal en humor ingewikkelde zaken weet uit te leggen. Ook dit interview slaagt hij daar weer in.

Houdt u van interviews?
Ja hoor, ik mag graag over mijn hobby vertellen. Dat is ook voor een deel de sleutel voor het succes. Het onderwerp is makkelijker opgepikt door de pers dan door de vakgenoten eigenlijk.

Hoe komt dat?
Het heeft verschillende oorzaken. Ik ben socioloog en sociologen die zijn in de eerste plaats bezig met maatschappelijke problemen dus wanneer je dan in hun ogen ‘hoera- onderzoek gaat doen dan worden de wenkbrauwen gefronst.
Ten tweede de uitkomsten van mijn onderzoek; die klinken een aantal sociologen ongeloofwaardig in de oren. Die zijn toch geneigd om te denken dat het eigenlijk steeds minder gaat, terwijl het geluk omhoog blijkt te gaan. En ik vind bijvoorbeeld dat er niet zoveel verschil in geluk tussen arm en rijk is. En heel veel van mijn collega’s maken zich erg druk over armoede. Die vergroten uit zal ik maar zeggen wat in mijn onderzoek niet belangrijk lijkt te zijn. Maar meer fundamenteel is het zo dat veel sociologen hebben leren kijken naar dingen als sociale constructies en die zijn dan ook geneigd om iets als geluk te zien als een sociaal verzinsel. Waarom zeg je dat je gelukkig bent, omdat het aardig past bij het beeld van wat men nu in deze samenleving gelukkig noemt. Een doorzonwoning en een Opeltje voor de deur, dan ben je dus gelukkig.
Als dat zo is dan is geluk niet zo erg belangrijk. Alleen het is niet zo! Geluk dat blijkt niet een sociale constructie te zijn. Netzomin als hoofdpijn een sociale constructie is. Geluk is niet gebaseerd op verstandelijke vergelijking met maatstaven, maar op gevoel. Of je je wel of niet goed voelt wordt ook niet bepaald  door de mate waarin je leven voldoet aan cultureel variabele maatstaven, maar door bevrediging van algemeen menselijke behoeften. Geluk is dus ook niet zo onbelangrijk. Het verandert ook niet als je idealen veranderen. Dat past niet zo goed in het voorstellingsvermogen van mijn meeste collega’s.

U bent best wel gelukkig zegt u in interviews? Hoe zou U nog gelukkiger kunnen worden?
Dat weet ik eigenlijk persoonlijk niet. Kijk je weet dat je gelukkig bent, maar daarmee  weet je nog niet waarom. En netzo goed dat je weet dat je hoofdpijn hebt. Je voelt het kloppen. Maar of dat nou komt omdat je teveel gedronken hebt of dat je een erfelijke afwijking hebt of omdat er verontreiniging in de lucht zit. Dat weet je niet.
Uit eigen ervaring weet ik niet waarom ik gelukkig ben en nog veel gelukkiger kan worden.  Als ik kijk naar wat over het algemeen het geluk van mensen bepaalt dan denk ik dat ik toch wel aardig aan mijn trekken kom. De meeste mensen zijn gelukkig als ze als ze goede relaties hebben. Die heb ik ook. De meeste mensen zijn gelukkig als uitdagende werkzaamheden op hun pad komen; hetzij  het opvoeden van lastige pubers, hetzij het leiden van een voetbalteam. Ik doe onderzoek. Taken die iets van je vragen die heb ik ook. Mensen zijn over het algemeen gelukkig wanneer ze in een redelijk georganiseerde welvarende samenleving zitten. Dat doen we alle twee.

Bij ouders die kinderen krijgen zie je een knik in de geluksbeleving bij het krijgen van het eerste kind. Hoe komt het dat mensen zoals u dan toch meer kinderen krijgen dan die ene?
A: De meeste mensen weten niet dat ze er niet gelukkiger door worden. B: ook als ze zouden weten dat ze er niet echt veel gelukkiger door zouden worden zouden ze het toch doen, netzo als mensen gevaarlijke sporten blijven beoefenen.

Zoekt u ook verklaringen hiervoor?
Dat blijft natuurlijk speculeren. Maar ik denk dat het bij die kinderen vooral zit in het effect op het huwelijk. Die huwelijksvoldoening gaat ook behoorlijk naar beneden. Ik denk dat het ook komt omdat in het moderne maatjeshuwelijk kinderen toch een beetje in de weg zitten.
Je wordt gedwongen in de pappa en mamma rol. Alle twee een baan, dat kan wel, maar dat is toch niet echt handig. En bovendien heb je ook niet zo gek veel tijd meer voor elkaar.

Heeft u ook bepaalde herinneringen aan bepaalde leraren zoals bijvoorbeeld een leraar maatschappijleer?
Ik heb een uitstekende middelbare school gehad met goede leraren. Zo heb ik een goede kunstgeschiedenisleraar gehad. Die man was enthousiast en vertoonde ook dia’s van zijn kunstreizen. Ik heb ook heel goed geschiedenisonderwijs gehad. Neen, daar heb ik van genoten. Ik was altijd al maatschappelijk geïnteresseerd. Dat heeft zeker een voedingsbodem gegeven.

Wat doet die studie en uw onderzoek naar geluksbeleving u persoonlijk?
Ik heb sociologie gestudeerd in de zestiger jaren. En als je sociologie studeert dan doe je dat om de maatschappij te verbeteren. Maar wat is een goede maatschappij? Daar was men in de zestiger jaren het niet zo over eens. Een aantal mensen had het marxistische licht gezien. Alles moest anders, arbeiders aan de macht.
Ik was meer bezig met die vraag wat nu een goede samenleving is. Ik kon me in ideologische recepten niet zo vinden. Wat mij reëler leek was om te onderzoeken in wat voor samenleving het best te leven valt.
Aan het eind van de zestiger jaren zei men: ‘we hebben niet meer welvaart nodig, maar meer welzijn.’ En wat was welzijn dan? Ik verstond dat als geluk. Later is men dat gaan invullen als gesubsidieerde overheidsdiensten. Aanvankelijk had dat een veel bredere duiding.
Ik heb toen een college filosofie gehad over het grootste geluk voor het grootste aantal mensen; de theorie van Jeremy Bentham. Dat leek mij ontzettend plausibel
Ik vroeg een prof toen; ‘waarom onderzoeken wij niet van hoe gelukkig wij zijn en welk land en systeem het meeste geluk opbrengt?’ Die professor vertelde me toen dat geluk niet te onderzoeken valt, dat viel niet te definiëren en was in ieder geval te subjectief.  Later stond die prof wel uit te leggen hoe je ‘macht’ kunt meten. Toen dacht ik: ‘waarom is een begrip als macht wel meetbaar en geluk niet’ en ik was natuurlijk tegendraads. Ik heb er toen een paper over geschreven.
De prof vond dat stuk van mij zo slecht nog niet en adviseerde mij het aan te bieden aan de Sociologische Gids. Tot mijn verbijstering werd dat geplaatst. Daarna werd het ook nog door een ander tijdschrift overgenomen. Ik dacht hiermee moet ik verdergaan. Net als het beginnen van een winkeltje en je krijgt op een gegeven moment klanten.

Wat is uw intrinsieke motivatie?
Mijn motivatie is om iets te doen. Ik ben een doener. Ik heb naar een goed doel gezocht dat was aanvankelijk trouwens niet eens wetenschappelijk onderzoek. Ik was op de middelbare school niet zo’n held. Ik was meer van de praktische politiek. Ik ben in de 70er jaren actief geweest in de abortusstrijd. Ik ben eigenlijk een beetje bij toeval op de universiteit terechtgekomen. Dit vond ik een leuk onderwerp en na een aantal onderwerpen heb ik me hierin gespecialiseerd.

Ik ben op vakantie op Java en Bali geweest? Die mensen kwamen in tegenstelling tot uw onderzoek (database of happiness) vaak gelukkiger over dan bijvoorbeeld Nederlanders. Wat is daarvoor de verklaring?
De geluksbeleving is daar ook weer niet extreem laag. Je ziet hetzelfde verschijnsel in Griekenland: een hoop lachende mensen, maar toch ligt daar de geluksbeleving wel twee punten lager dan in Nederland. Een verklaring is dat je als toerist toch een selectieve waarneming hebt. Je ziet een deel van het openbare leven. Ten tweede je ziet hoe mensen zich in een  publieke situatie zich gedragen. In Japan en andere collectivistische samenlevingen zijn ook regels hoe je je naar buiten moet tonen. Netzo als het in Japan gebruikelijk is überhaupt geen emotie te tonen. Zo zijn er dus ook culturen waar je lachend moet zijn.
Je ziet niet wat hun geluk beperkt, dat zie je vaak niet. Je ziet bijvoorbeeld hun schoonmoeder niet (al lachend)!

Hebben sport en muziek invloed op de geluksbeleving?
Sport is goed voor de lichamelijke gezondheid. Sportende mensen leven een paar jaar langer. Zowel sport als muziek die hebben beide gemeen dat je je vermogens gebruikt. Door bezigheid voel je je lekkerder. Het sluit een beetje aan bij mijn theorie dat geluk voortvloeit uit bevrediging van algemeen menselijke behoeften.  Maslow onderscheidt twee soorten menselijke behoeften:  gebrekbehoeften en groeibehoeften. Bij groeibehoeften gaat het om het ontwikkelen van je vermogens, ontwikkeling van je lichamelijke vermogens zoals bij sport en ontwikkeling van je geestelijke vermogens, zoals met muziek. Het is biologisch functioneel als je je vermogens scherp houdt, dat geld voor alle dieren, mensen niet uitgezonderd. Daarom heeft de natuur daar een premie aan verbonden  je voelt je lekker als je bezig blijft.  Ook als het op het moment zelf geen voordeel geeft.
Daarom zijn de voorouders die liever lui dan moe waren langzamerhand weg geselecteerd.
Geluk moet je doen. Als je dus niks doet ga je je lamlendig voelen. De hele tijd met je rug op het strand liggen maakt mensen niet gelukkig. Daarom blijkt ook dat ondanks de toegenomen tijdsdruk mensen niet ongelukkiger geworden zijn.

Persoonlijke Dilemma’s:
Succes in de liefde of succes op het werk.       Ik ervaar dat niet als een dilemma
André van Duin of Youp van ‘t Hek                Youp van’t Hek vind ik leuker
Muziek of sport                                               Sport
           

Hoe belangrijk is humor bij geluksbeleving?

Dat is nog niet echt uitgezocht. Onontgonnen terrein. Kun je mensen gelukkiger maken door humor bij te brengen? Het  is ook lastig te onderzoeken, want de causaliteit kan twee kanten opgaan. Het kan zijn dat humor bijdraagt tot geluk, maar ook dat ongelukkige mensen meer behoefte hebben aan humor om het leven enigszins dragelijk te houden. Als dat allebei waar is vind je statistisch geen verband.

Heeft 11-9 een knik in de geluksbeleving van de Amerikanen veroorzaakt? 
Neen, mensen zijn ongeruster geworden, maar niet minder gelukkig. Dat wil niet zeggen grote gebeurtenissen nooit van invloed zijn op geluk. In Rusland heeft de roebelcrisis een enorme impact gehad. Toen raakten veel mensen hun baan kwijt en zagen bejaarden hun pensioen verdampen. Toen is het gemiddelde daar met 2 punten gezakt, dat herstelt zich inmiddels meer. Dat is wat anders dan de kleine ‘recessies’ die we in Nederland hebben meegemaakt in de jaren 1980 en 1990.

Kun je je leven verbeteren en kunnen zelfhulpboeken daarbij helpen?
Dat kunnen wij tot op zekere hoogte. Want je kunt je beroep kiezen, je partner, je geloof.
Dat is een manier waarop je je lot kunt bepalen. Je weet niet met welke keuze je het meest gelukkig wordt. Je probeert te bedenken wat bij jou zou passen. Voor je leraar wordt probeer je je dat voor stellen. Zo geldt dat ook voor een automonteur. Zelfhulpboeken kunnen van nut zijn om je een beeld te vormen van mogelijke levenskeuzen, net zo als een reisgids je informeert over mogelijke vakantie bestemmingen. Wat de juiste keus is kun je echter niet uit een boekje halen. Uiteindelijk kom je er pas achter als je het probeert.  
Geluk wordt ook bepaald door hoe je in elkaar zit. Een depressievelling wordt nooit een lachebek. Toch kun je jezelf wel tot op zekere hoogte bijschaven. Daarin kunnen andere mensen je soms helpen, bijvoorbeeld door je te vertellen hoe jij op hen overkomt.
Zelfhulpboeken kunnen daarbij ook behulpzaam zijn, ondermeer omdat ze je opmerkzaam maken op je tekortkomingen. Soms bieden ze ook nuttige oefeningen. Die psychologische zelfhulpboeken die helpen je over je zelf na te denken en levenskeuzes te maken.
Ik denk dat op den duur een ander soort advies boeken zal ontstaan, dat gebaseerd is op onderzoek naar het effect van levenskeuzen. Daarin zal je dan b.v. kunnen lezen hoe het mensen vergaan is die leraar zijn geworden en of die mensen gelukkiger zijn geworden dan vergelijkbare leeftijdsgenoten die het bedrijfsleven in zijn gegaan. Dat zijn natuurlijk altijd gemiddelde uitkomsten uit een andere tijd, maar met dit soort informatie kun je toch een beter geïnformeerde keuze maken..

Zou het vak ‘gelukskunde’  voor het VO een idee zijn?
Versterken van levenskunst lijkt mij een belangrijk leerdoel, maar ik weet niet of je daar een apart vak van moet maken. Er zit al veel in veel in het bestaande curriculum. We leren ze zelfstandig te denken en meer aan zelfreflectie te doen. Van mij mag er wat meer aandacht komen voor psychische problemen en sociale vaardigheden. Het is van belang dat jonge mensen weten dat daar wat aan te doen valt en dat je voor dit soort zaken bij een psycholoog te recht kan. Ik weet eigenlijk niet hoeveel daar al aan gedaan wordt in het vak gezondheid. Over sommige dingen groei je gewoon heen, bij andere dingen kun je wat hulp gebruiken. Als je depri bent, dat beleeft toch 10 % van de mensen, dan is daar wat aan te doen. Die positieve psychologie is bezig trainingen en dergelijke te ontwikkelen zodat mensen van een zesje naar een zeven kunnen komen.

Ik las dat hoger opgeleiden wat gelukkiger zijn dan lager opgeleiden?
Het optimum ligt op Hbo-niveau. Die analfabeten zijn wat minder gelukkig en universitair geschoolden zijn ietsje minder gelukkig.

Is daar een verklaring voor?
Dat weten we eigenlijk niet. Er zijn 3 hypotheses: mensen die echt in een bureaubaan terechtkomen zoals ik en die de hele dag staren naar een scherm, gebruiken hun vermogens te eenzijdig. De andere hypothese is: de zogenaamde eggheads of nerds die studeren het langst door en halen een hoop diploma’s, maar weinig meisjes. De derde:
als je veel studeert zie je wat er allemaal mogelijk is, en dan zie je pas wat je allemaal niet hebt.

Eén van mijn vrienden is socioloog en heeft een personeelsadviesbureau. Wat kunt u betekenen voor bedrijven?
Niet zo gek veel. Want zolang bedrijven makkelijk aan personeel kunnen komen dan zijn bedrijven nog niet bijster geïnteresseerd of die personeelsleden echt gelukkig zijn.  Zodra er schaarste komt op de arbeidsmarkt – en dat zal in de toekomst gebeuren - dan gaat het leuke op het werk een belangrijkere rol spelen. Mensen gaan wat meer letten of ze leuk werk hebben.

Doceren of onderzoeken                                 beiden vind ik leuk
Erasmus universiteit of Oxford university          Ik zit hier prima op mijn plaats. Het zijn eigenlijk
allemaal eilandenrijken. Het gaat niet zozeer om bij welke universiteit je zit, maar meer om bij welk onderdeel je zit.
Van Gogh of Vermeer                         Geen voorkeur

Welke vraag had u nog graag gesteld horen worden?
Is het wel zo goed om gelukkig te zijn?
Is het wel zo goed om gelukkig te zijn?
Als het niet goed zou zijn dan zou je een maatschappij hebben met consumptieslaven, mensen zoals in “Brave New World”, waarin de technologische vooruitgang belangrijker wordt dan het individu. Als het niet goed zou zijn, zouden mensen ook kritiekloos worden.
Maar natuurlijk is het goed om gelukkig te zijn. Dit blijkt uit het feit dat geluk een ‘go’ signaal is, je durft meer, je wordt actiever, oplettender, je richt een actiegroep op. En het blijkt ook nog eens goed te zijn voor je gezondheid. Het is een signaalfunctie van de natuur: je groeit en je leeft langer.
En geluk is ook prettig in objectieve zin, want het is goed voor de mensen zelf.

Hans Heidanus

zaterdag 27 oktober 2012

Boeiende citaten en uitspraken


Boeiende citaten en uitspraken uit

@hans78461890's tweetbook

 
Volgens de tao zit er kracht in zwakte en zwakte in kracht. De

leegte van een kruik is nuttig, anders zou die geen water

kunnen bevatten. #Lao Tse

 

Change the way you look at things and the things you look at

change. #Einstein

 

You can lead a horse to water, but you cannot make it drink.

#proverbs

 

What 's in a name? That which we call a rose by any other

name would smell as sweet. #shakespeare

 

Absence makes the heart grow fonder. #proverbs

 

We are drowning in information and starved for knowledge. #GordonLivingstone

 

It is difficult to remove by logic an idea not placed there by logic in the first place. #GordonLivingstone

 

Engage brain before putting mouth in gear. #saying

 

Een goed aambeeld vreest de hamer niet. #spreekwoord

 

Wie de kern wil smaken, moet eerst de noot kraken.#spreekwoord

 

Laat haters haten en praters praten. #spreekwoord

 

Vive dum vivis. Leef,zolang je leeft. #spreekwoord

 

Carpe diem, quam minimum credula postero. Pluk de

dag,vertrouw zo weinig mogelijk op de volgende. #Horatius #spreekwoord

 

De keel kost veel. #spreekwoord

 

The good news is that we have effective medical treatments for depression; the bad news is that these

drugs will not make you happy. #GordonLivingstone

 

The most secure prisons are those we construct for ourselves. #GordonLivingstone

 

One of life's most difficult tasks is to see ourselves as others see us. #GordonLivingstone

 

The past is unchangeable, the future unpredictable. What little control we have can only be

exercised in the moment. #GordonLivingstone

 

Nostalgia just isn't what it used to be. #GordonLivingstone

 

Never trouble trouble till trouble troubles you. #proverbs

 

Don't cross the bridge till you get to it. #proverbs

 

Zodra je je gemoedstoestand koppelt aan de beurskoersen

zal je te maken hebben met veel ups and downs. #geluk

 

Steek een kaars aan ipv je te ergeren aan de duisternis.#geluk

Ieder is de smid van zijn geluk. Every man is the architect of

his own fortune. #geluk #proverbs

 

Genoeg is meer dan veel. Enough is as good as a feast.

#proverbs #spreekwoord

 

Kijk niet teveel achterom. Het leven gaat de andere kant op!

 

Lessen in Geluk


Lessen in Geluk                                       


 

Al 5 jaar geef ik in de brugklas lessen in geluk. Ook sommige collega’s hebben hier al ervaring mee. Los van het feit dat het erg leuk is om deze lessen te geven, zorgen een aantal opdrachten voor een verbetering in de communicatie tussen leerlingen en hun ouders/verzorgers. Bijvoorbeeld in de eerste les wordt de leerlingen gevraagd zichzelf een cijfer te geven voor geluk. Ook wordt dezelfde vraag aan hun ouders gesteld. Het is voor mij als leraar/mentor erg interessant om te weten welk cijfer zij zichzelf geven. Als je leerling, zoon of dochter zich zelf een onvoldoende geeft, is dat toch zeker reden om hierop in een gesprek terug te komen? Boeiend is verder dat ik na de zes lessen gegeven te hebben toch een lichte verbetering zag in de gemiddelde klassenscore.

Mocht je in deze Lessen in Geluk geïnteresseerd zijn dan wil ik je graag toevoegen als docent aan het project “Lessen in Geluk” op “It’s Learning”. Verder heb ik ook een uitgebreide collectie boeken over geluk en welbevinden. Zou je daar één van willen lenen dan kan dat natuurlijk.

Hieronder kun je lezen wat het Verwey-Jonker Instituut (dat onderzoek doet naar maatschappelijke vraagstukken) schrijft over de Lessen in Geluk en de effectiviteit ervan.

Valt geluk te leren? Docentenhandleiding en Werkboek over Lessen in Geluk

Lessen in Geluk biedt kort gezegd in zes lessen simpele technieken om leerlingen bewust te maken van geluk en hoe ze daar enige invloed op kunnen uitoefenen. Naast opdrachten en oefeningen bevat het pakket onder andere een test waarmee leerlingen hun sterke kanten kunnen ontdekken. De lessen zijn gemaakt voor mavo 2, al kunnen docenten ze zelf gemakkelijk aanpassen aan het niveau van hun leerlingen.

Lessen in Geluk is een initiatief van Jacqueline Boerefijn die met het idee een prijs won van het Hermen J. Jacobsfonds. Het Verwey-Jonker Instituut heeft samen met haar het lesprogramma ontwikkeld en geëvalueerd, in samenwerking met psycholoog Ad Bergsma en het ILO, Instituut voor de Lerarenopleiding.

Ruut Veenhoven, Hoogleraar Sociale condities voor menselijk geluk aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, over Lessen in Geluk:

Valt geluk te leren?


Geluk is je goed voelen over je leven als geheel. Dat wil natuurlijk iedereen, maar niet iedereen vindt zijn leven even fijn. Geluk zit deels in de omstandigheden waarin je leeft, maar ook in wat je zelf van je leven maakt. Of je iets van je leven kunt maken zit voor een deel in je aanleg. Een ander belangrijk deel zit in vaardigheden die je kunt leren, zoals omgang met anderen en weten wat je wilt. De meeste van die vaardigheden leren we in het echte leven, met vallen en opstaan. Op school kun je er ook wat van opsteken. Hoe? Dat zul je zien als je dit lespakket hebt doorgewerkt. Word je daar echt gelukkiger van? Hieronder lees je het antwoord op deze vraag.

Ruut Veenhoven

Geluksles verbetert schoolprestaties


Artikel Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 50 (2011) 110-121

28 december 2011


De effectiviteit van zes lesuren ‘Lessen in Geluk’ (LIG) voor middelbare scholen in de tweede klas is onderzocht. Vijfentwintig tweede klassen (631 leerlingen) werden willekeurig toegewezen aan de LIG of hun reguliere mentorlessen. De hypotheses dat de lessen zouden leiden tot een verbetering van zelf gerapporteerd geluk en gezondheid werden niet bevestigd. De scores direct voor en direct na de lessen waren niet significant anders voor de experimentele en de controlegroep. De hypothese dat de lessen zouden leiden tot een verbetering van de schoolprestaties werd wel ondersteund. De kinderen die ‘Lessen in Geluk’ volgden hebben aan het einde van het jaar hogere eindcijfers dan leerlingen uit de controlegroep. We denken dat dit komt omdat de LIG veel aandacht besteedt aan het maken van positieve keuzes en dat het effect daarvan pas op de langere duur zichtbaar is geworden.

Hans Heidanus

vrijdag 26 oktober 2012

Interview met Jeffrey Wijnberg


 

 

 

 

 

 

 

 

HOE HET NIET MOET                 Interview met Jeffrey Wijnberg


 

Al vele boeken heb ik van de schrijver/psycholoog Jeffrey Wijnberg gelezen In zijn boeken en columns weet hij op een humoristische, droge, interessante  en goed onderbouwde wijze de psychologie te verkopen. De laatste jaren propageert hij vooral de provocatieve therapie, die ervan uitgaat dat je een ezel aan zijn staart moet trekken, als je wilt dat hij vooruit komt. Titels van zijn hand, zoals “Succes is ook niet alles”, “ “De Lachende Therapeut” en “In het diepste van de ziel is niets te zien” zijn veelzeggend. Al vaker kiezen traditionele ‘humhumtherapeuten’ voor de soms shockerende, directe, verwarrende en vaak lachwekkende uitdagingen van de provocatieve therapie. Zowel patiënt als therapeut zijn bij deze nieuwe therapievorm -mits met liefde gepresenteerd- gebaat.

Vijf minuten voor aanvang van mijn interview met Jeffrey Wijnberg komt hij op een brommer vrijwel onherkenbaar aangereden. Al snel wordt mij een kop koffie aangeboden en spreken we af om elkaar te tutoyeren. Voordat we beginnen overhandig ik hem een doos met Belgische bonbons, omdat ik in één van zijn boeken gelezen heb dat hij niks van wijn en andere alcoholische dranken moet hebben. (What’s in a name?)  Waarop hij reageert met: “Soms zet ik wel eens persoonlijke dingen in mijn boeken, die mijn vrouw niet zo leuk vindt. Maar dit kan er dus ook gebeuren.”

 

·       Dilemma’s:

Het allerergste moet nog komen (Schopenhauer)    of        Er komen betere tijden

Overspel                                                                    of        uitstel

Succes in de liefde                                                   of        succes in het werk

Muziektherapie                                                       of        lachtherapie

 

·       Heeft de kennis die je in de loop der tijd hebt opgebouwd als psycholoog je gelukkiger gemaakt? Ja, als je hoort wat voor zonden mensen allemaal begaan, dan word je je vooral bewuster van de gevolgen van bijvoorbeeld overspel en je ziet hoeveel ellende dit met zich mee brengt. Je krijgt continu van patiënten voorgeschoteld hoe het niet moet.

·       Hoe denk je over de theorieën van de geluksprofessor Ruut Veenhoven? Als de 3 gebrekbehoeften uit de piramide van Maslow vervuld zijn is welvaartstoename slechts een dunne slagroom op de taart? Ja, dat is de bekende theorie dat als je boven de 70.000 euro verdient je geluk niet meer echt lijkt toe te nemen bij een grotere welvaartstoename. Heel extreem rijke mensen worden bestookt door profiteurs en afgunstige mensen. Daarnaast neemt bij hen ook de angst toe hun geld te verliezen.

·       Als je jouw arbeidstijdverdeling in percentages zou moeten weergeven? Hoe zou je dat doen: workshops, boeken schrijven, provocatieve therapie aan patienten, misschien mis ik nog een component. Wat bevalt je daarbij het beste? 70 % therapie, 20 % workshops en 10 % boeken en columns schrijven. Met deze verdeling ben ik extreem tevreden. Een dag in de week werk ik in het diaconessenziekenhuis in Meppel op de afdeling psychiatrie. Frank Farrelly heeft de provocatieve therapie ontwikkeld door te experimenteren bij  psychiatrische patiënten, daarom is het extra leuk dat mij nu ook deze gelegenheid geboden wordt.

·       Hoe zou je willen dat je leven er over 10 jaar uitziet? Hetzelfde. Hoe denk je dat je leven er over 10 jaar uitziet? Met een glimlach op zijn gezicht: “hetzelfde”. Heel veel van mijn succes heb ik aan mijn vrouw te danken. Zij is scherp, intelligent en zorgt ervoor dat ik mijn werk met liefde kan doen. Nooit heb ik er van gedroomd op al die gebieden zo veel succes te mogen ervaren.

·       Hoe kijk je terug op de therapeutische sessies op TV  (Angela & Co.)? Met zeer positieve gevoelens. Je krijgt een unieke kans om überhaupt zo’n programma te maken. Ik heb nooit geweten dat het zo leuk was om 30 maal achter elkaar zo’n live show te doen op TV en daarbij was het erg plezierig samen te werken met een Tv-ploeg. Pas aan het eind hadden we in de gaten dat het niet zo overkwam als het moest. Uiteindelijk hadden we wel de juiste formule. Veel mensen uit het publiek dachten: “Goh, wat is die Wijnberg een klootzak”. In de provocatieve therapie stap je tenslotte in de rol van de advocaat van de duivel  Je bent dan die rare, vervelende man. Als je vooraf het publiek beter informeert over provocatieve therapie en over de problemen van de patiënt, was het nog beter uit de verf gekomen. Zo vind ik de formule van Dr. Phil ook ijzersterk, zoiets zou ik ook nog wel in Nederland willen doen. Bij Dr. Phil wordt eerst getoond hoe het niet moet en daarna hoe het wel moet.

·       Je  schrijft in één van jouw boeken dat het incasseren van tegenslagen mensen tegenwoordig iets minder makkelijk afgaat. Mensen bewegen zich sneller en makkelijker naar de psycholoog. Wat vind je daarvan?  Dat zo iemand naar mij toekomt, daar kan ik natuurlijk niks tegen hebben. En Hans, natuurlijk vaar ik daar wel bij. Je moet het bij zo iemand duidelijk krijgen dat hij het zelf als een probleem ervaart en niet krijgt opgedrongen door zijn omgeving. Een patiënt doet heel erg veel moeite om zijn probleem herkend te krijgen.

·       In “Tough Love” beloof je jouw zoon Robbie dat als hij alle cijfers op zijn eindexamenlijst hoger scoort dan een 8 een sportauto. Hij stond toen een 7,8. Hoe is het afgelopen? Hij heeft zijn examen afgesloten met een 7,9. Mijn vrouw was het overigens absoluut niet mee eens dat ik hem deze belofte had gedaan. Later heeft mijn zoon nadat hij driemaal was gezakt voor zijn rijexamen een mooi tweedehands autootje van ons gekregen.

·       Wat kun je betekenen voor leraren / mentoren en leerlingen binnen het onderwijs? Ik heb wel eens mensen vanuit allerlei beroepen laten proeven aan de provocatieve therapie. In allerlei beroepsgroepen kan men profiteren van bestaande kennis. Ook in allerlei klassesituaties kan men iets hebben aan psychologie en provocatieve coaching.

 

·       Dilemma’s:

Intern gerefereerd                           of                    extern gerefereerd

Hond                                                  of                    kat                              geen van beide

Sinterklaas                                       of                    de kerstman


Wayne Dyer                                       of                    Dr. Phil

 

·       In “Als je zegt wat je denkt” (2000) schrijf je: “Mijn hele familie is contactgestoord, dus is het logisch dat we regelmatig langs elkaar heen praten.” Gaat het de laatste tijd wat beter en kan jouw familie al beter tegen dit soort liefdevolle plaagstoten? Het is natuurlijk niet de bedoeling dat mijn vrouw en ik als psychologen reageren op familieleden. Natuurlijk kan ik het niet laten om buiten kantooruren in mijn relatie een aantal zaken te gebruiken uit de provocatieve therapie die mij goed bevallen. Bijvoorbeeld als mijn oom weer begint te zeuren over zijn vervelende vrouw  Dan stel ik uiterst serieus voor om nu eindelijk toch die rechtzaak maar eens te beginnen.

·       In welk percentage van de provocatieve sessies met mensen die zelfmoordplannen hebben wordt er gelachen? Als mensen expliciet zelfmoordplannen hebben, ben ik zelfs verplicht om meteen de crisisdiensten in te seinen. Je neemt dus onmiddellijk maatregelen. Deze mensen mag ik niet gewoon laten gaan. Depressieve patiënten zijn nou niet de leukste mensen om in je praktijk te hebben. Depressieve klachten zijn overigens erg goed behandelbaar. Het is moeilijk om het leuk te hebben met hele zware klanten. Ik heb ook een periode in mijn leven gekend waarin ik twijfelde aan de zin van het bestaan en andere zaken. De Wijnberg familie is erfelijk belast met de meest uiteenlopende psychiatrische klachten. Van nature ben ik geen tobber. Tobbers zijn vaak zwaar op de hand, maar onderscheiden zich in erg sterke mate van depressieve patiënten. Dat is hele andere koek: die kunnen het zelfs te zwaar vinden om een kopje koffie op te tillen (terwijl Jeffrey zijn kopje optilt).

·       In “De Lachende therapeut” (2001) schrijf je over het krachteloze ‘gehumhum’ in de traditionele hulpverlening. Krijg je veel reacties daarop van deze ‘humhummers’? Er zijn wel eens geluiden van kritiek.  Deze vorm van therapie roept natuurlijk een hoop kritiek en weerzin op. Zelfs één van mijn naaste collega’s en daarbij tevens mijn beste vriend is het ook niet altijd met mij eens. Ik geef dan ook af op de traditionele therapievormen, zodat de contrasten duidelijker naar voren komen. Soms wil ik wel eens doorslaan. Dat is een manier om nieuwe dingen te ontwikkelen. De groep van collega’s die mijn workshops bezoeken en enthousiast zijn is groter dan de vakgenoten die zich er tegen afzetten. Ik heb op een gegeven moment net als veel collega’s mijn lol in de traditionele therapieën verloren. Jaap Hollander heeft mij in 1982 eigenlijk bij de provocatieve therapie gehaald. Nadat ik zelf een therapeutische sessie van Frank Farrelly onderging, was bij mij het roer om.

·       Wat vind jij een hele goede schrijver op het gebied van de psychologie?

Scott Peck. Hij heeft het beroemde boek “The Road less travelled” geschreven. Het boek is vertaald in het Nederlands met de titel “De Andere Weg”.

 

·       Dilemma’s

Theo Maassen                                  of                    Youp van’t Hek

André van Duin                                of                    Hans Teeuwen

René Diekstra                                   of                    Emiel Ratelband

 

Tot slot: Welk vraag had je  nog graag gesteld horen worden ?

Wat mijn kinderen doen. Wat doen jouw kinderen?

Mijn oudste zoon doet architectonische vormgeving. Hij maakt fantastisch mooie dingen.

Mijn jongste is schrijver en studeert filosofie en heeft zo’n goede taalbeheersing dat ik hem vaak een column laat doorlezen voordat die wordt gepubliceerd.

 

Tijdens de telefonische nabespreking vermeldt Jeffrey nog met gepaste vaderlijke trots dat deze getalenteerde jongste zoon op 29-12-’05 is aangesteld als redacteur van het

 “NRC Next “.

Hans Heidanus
 

Half januari verschijnt een nieuw boek van Jeffrey Wijnberg met de titel “Ik kijk dwars door je heen”, waarin provocatieve technieken worden beschreven om mensen te doorgronden. Op dit moment is hij bezig in hoofdstuk 4 van het boek “De kunst van het kwetsen”, over hoe te overleven op het bloederige strijdtoneel van menselijke relaties. Dit boek komt in mei in de boekhandel te liggen.

Deze boeken zullen ongetwijfeld weer de moeite van het lezen waard zijn. 

 

Hans Heidanus

Twitteraccount: @hans78461890

Docent Engels, gitarist en pianist. Getrouwd met Corry, 2 dochters Anne-Meinke en Rosalinde. Interesse voor sport, psychologie en geluk.
 

donderdag 25 oktober 2012

Interview met Dick Bruna



TERUG NAAR DE EENVOUD      Interview met Dick Bruna

 
 

 

Zouden er nog mensen in Nederland zijn die nog nooit hebben gehoord van ‘Nijntje’?  Ik betwijfel het; dit konijntje is zelfs internationaal cultuurgoed geworden. Al vele jaren lees ik mijn dochters voor uit de vierkante ‘Nijntje’ boekjes en we zijn zelfs naar de expositie ‘Nijntje’50 jaar” in Madurodam geweest. Toen ik mijn dochters vertelde dat ik bij Dick Bruna op bezoek zou gaan zei mijn oudste: “cool” en de jongste stelde daarop de retorische vraag: “Bestaat die echt dan?” Op een sombere dag in de kerstvakantie ontving Dick Bruna mij in zijn atelier in Utrecht en deze tekenaar en schrijver die de kunst van het weglaten perfect beheerst, heeft een onvergetelijke indruk op mij achtergelaten. Wat kun je op 78-jarige leeftijd nog vitaal zijn en een jeugdige fonkeling in je ogen hebben.

 

Houdt u van interviews? Ik doe het nog al eens. Vooral afgelopen jaar, toen ‘Nijntje’ 50  werd. Ik vind het wel leuk altijd. Het is altijd weer anders. Het hangt erg van de interviewer af wat voor soort gesprek je krijgt.

Heeft u nog herinneringen aan uw schooltijd zoals bijvoorbeeld een inspirerende tekenleraar? Dat heb ik wel, maar dat was wel op de middelbare school. Aan mevrouw Osinga, die tekende erg goed en daar ben ik wel vaak thuis geweest, gewoon om daar over te praten. Zij had wel belangstelling voor hoe ik bezig was. Tekenen is altijd wel mijn leukste vak geweest.

Wat heeft uw naam te maken met de boekwinkelketen Bruna? Van oorsprong is het gewoon een familienaam. Mijn vader en grootvader waren beiden uitgevers en die waren ook betrokken bij de Brunawinkelketen, die is voortgekomen uit de kiosken op de stations. Al heel lang zit er geen enkele Bruna meer in. Ik ben dus wel zoon van de uitgever A.B. Bruna.

Ik las dat u in Parijs een jaar gewoond heeft. Hoe denkt u daar aan terug? Ik zal een beetje het verhaal vertellen. Dat tekenen is altijd al mijn hobby geweest. Dat heb ik gehoord van mijn  moeder, die vertelde dat ik als heel klein jochie al vreselijk vaak aan het tekenen was en dat ik in plaats van voetballen op straat altijd al aan het tekenen was terwijl ik tegelijkertijd ook veel vriendjes had. Dan tekende ik boerderijen en alles wat je zo kunt tekenen. Ik ben wel altijd doorgegaan met dat tekenen. Toen ben ik naar de middelbare school het “Christelijk Lyceum” in Zeist geweest. Mijn vader zat op een leeftijd dat hij op een gegeven moment opgepakt kon worden. Toen ik in de derde klas zat zijn we ondergedoken aan de Loosdrechtse plassen. Voor mij is dat ook wel een leuke tijd geweest. Je ziet als kind iets minder al die vreselijke dingen die om je heen gebeuren. In die periode heb ik erg veel getekend. Ik kon  natuurlijk de hele tijd tekenen. In die periode heb ik een boek geschreven voor volwassenen, dat eigenlijk voor mijn moeder bedoeld was. Ik vond dat hoe ellendig het ook was, mijn moeder altijd zorgde voor dat het gezellig was. Hoe ze het deed weet ik niet maar soms wist ze zelfs iets lekkers te geven. Als kind zie je iets minder de ellende die de oorlog met zich mee brengt.

Toen die oorlog afliep moest ik weer terug naar school en toen heb ik voor Gymnasium bèta gekozen. Dat heb ik gedaan tot het laatste jaar. Drie maanden voor mijn eindexamen ben ik van school, gegaan. Ik had er geen zin meer in. Ik wou gewoon verder met mijn tekenen. Dat is wel erg dom achteraf. Mijn vader had het toen erg graag gewild dat ik hem op zou volgen in die uitgeverij.

Had u daar ook ruzies over met hem? Nee, absoluut niet. Wel gesprekken daarover. Ik wist dat hij dat ontzettend graag zou willen, dat ik hem op zou volgen in die uitgeverij.  Ik heb later nog wel mijn uitgeversdiploma gehaald. Toen bleek ook al dat het financieel gebied helemaal niks voor mij was.  En ook die organisatie was helemaal niks voor mij. Het lezen vond ik leuk Door mijn vader ben ik toen een jaar in Londen en Parijs gaan werken, voor die opleiding tot uitgever. Echt om dat vak ook te leren. Eerst heb ik in Londen gewoond. Toen bleek steeds meer dat het erg onverstandig was geweest om mij als opvolger aan te stellen. Dat was het eind geweest voor zijn uitgeverij. (uitbundig lachend).

Welke musea bezocht u daar? Meestal musea met moderne kunst, zoals de ''Tate Gallery'' en de ''Royal Albert museum'' in Londen. Toen ben ik naar Parijs gegaan. Dat vond ik het einde. Het ''Art Moderne'' (Centre Pompidou bestond toen nog niet) en Musée d’ Orsay, maar ik ging ook naar allerlei galeries toe van allerlei moderne mensen.  En toen zag ik voor het eerst werk van moderne kunstenaars, zoals Picasso en Matisse. Die Franse schilders daar heb ik mijn hart aan verpand. Als je op zo’n manier dat doet dat moet geweldig zijn.

Uw eerste boek heeft u gebruik gemaakt van het knippen, zoals Henri Matisse.

In de laatste fase van zijn leven is Matisse gaan knippen en plakken. Toen ik die knipsels zag op een witte ondergrond van hem zag, dacht ik als je daar wat mee zou kunnen dan maak je iets waar je mensen mee aan het denken en meer aan het fantaseren zet. Als je op die manier iets zou doen. Dat zou fantastisch zijn.


‘Eenvoud is het kenmerk van het ware’ wordt in het Engels vertaald met ‘Truth needs no colours.’ Heeft u ooit overwogen om zelfs kleuren weg te laten?


Ik heb me helemaal beperkt tot 1 rood 1 geel  1 groen en 1 blauw. Maar wel kleuren die met elkaar een hele mooi combinatie geven. Die primaire kleuren ben ik altijd blijven gebruiken Ik heb alleen maar het verlangen gehad om het werk te vereenvoudigen.

Ik heb heel lang gemengd voordat ik het goede groen en het goede blauw had.

 

Dilemma’s:

Vincent van Gogh of Edward Hopper

Kerstmis of Pasen

Dorp of stad

 

Ik hoor het mezelf zeggen daarnet. Ik zou toch voor een dorp kiezen door de maat ook.  Ik vind het heerlijk om een dagje met mijn vrouw naar Amsterdam te gaan. Daarna vind ik het heerlijk om ’s avonds weer terug te keren naar Utrecht. Het is wat kleiner. Het is meer mijn maat.  Utrecht zie ik eigenlijk nog een beetje als een groot dorp.

Die Kunstacademie heeft u niet afgemaakt?

Ik heb eigenlijk geen opleiding op tekengebied gehad. Een jaar lang heb ik les van een leraar aan de Rijksacademie in Amsterdam in het  modeltekenen en zo gehad. Dat vond ik stierlijk vervelend. Dat natekenen sprak mij niet aan. Ik wilde mijn eigen vormen maken  Ik wilde graag tot grote eenvoud komen. Ik moet ook eerlijk toegeven: ik ben er vaker niet geweest dan wel.

Toen heb ik wel door mijn vader de bof gehad dat ik eens een omslag kon maken voor een boek. Die eerste omslag zie ik nog steeds voor me. Ik weet nog wel dat de schrijver van dat boek daar blij mee was. Dat was een enorme opsteker voor mij. Straks kan ik je nog wel even dat eerste boek even laten zien. Ik moet ervoor zorgen dat de schrijver er gelukkig mee is, wat de uitgever ervan vindt komt op de tweede plaats. Daardoor heb ik altijd veel contact gehad met de schrijvers. Dat vond ik altijd erg plezierig. Ze begonnen in die periode bij Bruna net met die pockets “de zwarte beertjes”. Ik moest eerst alles lezen, voordat ik er iets van kon maken. In het begin waren dat vooral detectives. Ik laat je zo wel wat zien.

Hoe kan het dat ‘Nijntje’ in Japan zo aanslaat?

Het ging niet onmiddellijk. ‘Nijntje’ is vijftig jaar oud. Het heeft een tijd geduurd. Mijn eerste boekje was “de Appel”. Ik had toen de bof dat die eerste boekjes door mijn vader uitgegeven werden. Ik zie nog wel eens een afrekening uit die tijd waarop stond dat er 40 boekjes in 1 jaar waren verkocht van dat eerste boekje. Dat begon dus erg langzaam. Het is wel een feit dat toen ik met  ‘Nijntje’ begon te tekenen het succes kwam. Via de Frankfurter Buchmesse waar allerlei internationale uitgevers bijeen kwamen werd mijn werk op een gegeven moment ook buiten Nederland uitgegeven. Het eerste contact was met Engeland. Dat was allemaal erg spannend. Met mijn vertaalster heb ik toen, aangezien ‘Nijntje’ moeilijk in het Engels uitgesproken kan worden, besloten om daar ‘Nijntje’ in ‘Miffy’ te veranderen.

Het meest succesvol is ‘Nijntje’ door de jaren heen in Japan geweest. Ik ben verschillende keren in Japan geweest. Ik heb daar wat mee. Waar ik in hoofdzaak naar kijk is naar dingen die met mijn vak te maken hebben. Ik heb veel van affiches die in Japan worden gemaakt geleerd. Ik ben gevoelig voor hoe ze bijvoorbeeld in een cafetaria van wortel en peterselie een bloemetje in mijn soep maken. Het ziet er allemaal heel mooi en verzorgd uit. Als je in een Japans hotelletje slaapt laten ze water heel langzaam lopen waar je rustig van wordt.

Als je dat terugbrengt tot de manier waarop ik teken, dan zie je ook daarin het verlangen naar eenvoud. Hoe minder ik op een pagina zet, des te meer ruimte laat je aan de fantasie van de lezers.

 

Dilemma’s:

Realisme of expressionisme             realisme met een opening om daarbij te fantaseren.

TV-kijken of  boeken lezen              boeken lezen verdient wel de voorkeur, maar heerlijk om wat leuks na een dag werken op TV te zien. Ik vind het wel lekker als je afgedraaid bent iets op TV te zien.

Vakantie in ’t buitenland of           Buitenland: Frankrijk.

in ‘t binnenland

 

Vanwaar kiest u altijd voor twaalf bladzijden?

Dat is eigenlijk heel vreemd gekomen. Mijn allereerste boekje was geen vierkant boekje.

Ik zoek alsmaar naar de eenvoud. Ik gebruik ook geen moeilijke woorden in de tekst. Waarom zoek ik niet de eenvoudigste vorm: vierkant? Toen kwam ik inderdaad toevallig op twaalf tekeningen. Daarop heb ik die eerste boekjes gebaseerd. Ik ben bijna altijd aan het eind van het verhaal als ik de twaalfde tekening heb afgerond. Het is zelfs zo, dat als ik nu meer dan 12 tekeningen heb, dan haal ik er weer een paar uit, dus dan breng ik altijd dat aantal terug naar 12 tekeningen. Ik kom er niet meer van af denk ik.

Hoe kiest u uw thema’s?


De boeken gaan altijd over gewone dingen die kunnen overal gebeuren. Dingen die kinderen doen. Ik heb altijd wel het gevoel dat ik heel Hollands ben. Ik denk doordat je het zo eenvoudig mogelijk probeert te tekenen, zelfs kinderen in Japan de tekeningen ook goed begrijpen.

Het rijmschema dat u gebruikt is abcb ?

Ik weet dat ik een heel eenvoudig schema heb. Later heb ik ook gemerkt dat veel kinderen het een prettig ritme vinden. Dat hoor ik ook van ouders. Voor mij is dat een deel van die eenvoud.

Welke betrokkenheid heeft u nog bij al die spelletjes, Cd-rom’s en dergelijke zaken? 


Daar bemoei ik me nauwelijks meer mee. Ik houd het wel in de gaten. Ik let wel op dat er geen vreselijke dingen gebeuren. Ik zit hier eigenlijk in  mijn atelier mijn teken- en schrijfwerk te doen. Mijn uitgeverij zorgt er dus voor dat er aan merchandising gedaan wordt. Dat heb ik altijd zo’n vervelend woord gevonden. Dat vind ik nog. Uiteindelijk zie ik nog wel alles voordat het de deur uitgaat. Dan zeg ik bijvoorbeeld dat ze bij een bepaald plaatje groen i.p.v. rood moeten gebruiken.

Levert die merchandising meer op dan de boekjes?


Dat zou ik niet weten. Daar weet ik helemaal niks van. Al die financiën daar ben ik gelukkig van af.  Dat regelt de uitgeverij eigenlijk allemaal voor mij.

Er is in het noorden van het land eens een jongen geweest die ‘Nijntje’ pornografisch heeft gebruikt. Daar ben ik ontzettend van geschrokken.  Toen heb ik contact gezocht met die jongeman. Toen heb ik hem gezegd: ”Je mag net zoveel porno maken als je wilt als je maar niet mijn figuurtje gebruikt”

Hoe ziet uw leven er over tien jaar uit?

Ik ben niet zo jong meer. Ik denk dat ik gewoon doorga bij leven en welzijn Er wordt mij wel eens gezegd: “ je hebt toch wel een leeftijd om ermee op te houden.”  Ik zou lekker achter de geraniums kunnen gaan zitten. Daar moet ik niet aan denken. We zijn net 14 dagen op vakantie geweest. Ik kan het ook dan niet laten. Elke dag ben ik creatief bezig. Ik kan het niet laten om weer een verhaaltje op te schrijven.  Ik zou er niet aan moeten denken dat op te geven.

Heeft u ooit een periode gekend dat u moeilijk kon rondkomen?


Ik heb altijd gezegd, dat ik zeker weet dat zelfs als 'Nijntje' geen succes geworden was, dat ik wel doorgegaan zou zijn met ‘Nijntje’. Omdat ik het gewoon niet laten kan. Ik heb altijd het gevoel gehad dat van wat ik maak moet 100 % zijn van wat ik kan.

Bij elk nieuw boek breekt het me eerst uit en dan word ik echt heel zenuwachtig. Het ziet eruit alsof je nog nooit getekend hebt. Dan probeer ik het nog beter te doen dan gisteren.

Hoe kwam u bij de accordeon –het orgel der armen? Ik heb er altijd bij gezongen. Ik was toen al gek op Frankrijk en die Franse chansons en dan zong ik heel graag die liedjes van die beroemde mensen uit Frankrijk. Ik heb zelfs nog voor een moment gestaan in mijn leven dat ik moest kiezen tussen de muziek en het tekenen. Ik ben doorgegaan met tekenen.

 

Dilemma’s:

Kat                              hond

Londen                      NY                  Ik vind dat heel moeilijk. Ik ben twee keer in NY geweest. Dat vond ik erg indrukwekkend. ‘Nijntje’ is ambassadeur van het toerisme in NY. Het is een eer. Ze is door de burgemeester van NY gekozen. Vooral om de kinderen te laten zien dat na de 11-9 ramp, na al die narigheid, NY ook nog heel veel positiefs te bieden heeft. Ik vond het wonderbaarlijk dat ze Miffy zelfs verkozen boven bijvoorbeeld Popeye en tekeningen van Walt Disney.

Winnieh de Pooh      Ot & Sien       De tekeningen van Shepard vind ik prachtig.

 

Daaropvolgend hebben we het kort over het boek de Tao van Pooh geschreven door Benjamin 't Hoff, waarin op een eenvoudige wijze de basisbegrippen van het taoïsme m.b.v. de verhalen uit Winnieh de Pooh worden uitgelegd.

Onder het genot van een tweede kopje koffie en een Utrechts koekje vervolgen we het vraaggesprek.

Heeft u ook een computer?

Ik heb geen computer en geen fax. Ik heb me er eigenlijk nooit in verdiept. Het zei en zegt mij allemaal niets.

U heeft een hekel aan presentaties en lezingen?


Ik kan geen verhaal vertellen. Ik zou geen les kunnen geven. Het is niet zo dat ik een lezing over mijn werk zou kunnen houden. Ik ben wel eens voor een gesprek op de Rietveld academie geweest, dat was erg gezellig overigens. Als ik een lezing over mijn werk zou moeten houden dan ben ik zo uitgepraat. Laat mij maar rustig hier zitten.

Wat is uw intrinsieke motivatie?

Ik vind eerlijkheid ontzettend belangrijk. Dat je dingen heel helder en eerlijk probeert te schrijven. Kinderen nemen je boekjes mee naar bed, daar word ik heel blij van.

Misschien kun je je het boekje ‘Lieve oma Pluis’ herinneren? Dat was een boekje over het sterven van Nijntje’s oma. Ik maak verhalen over hele gewone dingen. Toen dacht ik: ''de dood'', dat iemand doodgaat komt ook overal voor. Dat gebeurt in elke familie. Het heeft heel lang geduurd voordat dit boekje in Japan uitgebracht werd.

In dit boekje ziet ‘Nijntje’ voor het eerst dat opa huilt. Als al die tranen voorbij zijn, gaat ‘Nijn’ paar dagen later met een kistje met plantjes naar het graf, want oma was altijd gek op mooie plantjes. Eigenlijk maakt Nijn een tuintje van het graf van oma. Het lijkt aan het eind alsof  ‘Nijntje’ contact heeft met haar oma. Het heeft dus eigenlijk een open eind. Nog nooit heb ik een boekje gemaakt waar ik zo ontzettend veel aardige dingen over heb gehoord.

Heeft u ook een levensmotto?


Terug naar de eenvoud. Het begin van alles. Doordat ik altijd geprobeerd heb te vereenvoudigen. Niet alleen bij kinderboeken hoor. Ook bij affiches. Een affiche moet bijvoorbeeld ook niet al te ingewikkeld zijn, om begrepen te worden. Altijd moet het warm en vriendelijk zijn. Ik zou geen vreselijke dingen kunnen tekenen.

Ik zal het volgende nooit vergeten. Ooit heeft een man mij eens geschreven dat hij het helemaal niet erg meer vond om de trein gemist te hebben, omdat hij zo had genoten van  affiche van mij.

 

Aan het eind word ik nog rondgeleid door het atelier en  daarna neem ik afscheid van deze ontzettend sympathieke, warme en uiterst bescheiden kunstenaar.

Hans Heidanus

Hans Heidanus

Twitteraccount:@hans78461890

Docent Engels, gitarist en pianist. Getrouwd met Corry, 2 dochters Anne-Meinke en Rosalinde. Interesse voor sport, psychologie en geluk.